|
||||||||
|
Samo Salamon (Slovenië, 1978) is “one of the most talented and interesting young gitarists and composers to emerge on today’s jazz scene”(AllAboutJazz), hij werd door het tijdschrift Guitar Player geselecteerd als een van de “hottest” 10 nieuwe gitaristen in de wereld. Voorwaar geen geringe uitspraken over deze ‘jonge’ Sloveen, voor mij tot nu toe een onbeschreven blad. Hij begon met een studie klassieke gitaar in Maribor en studeerde daarna jazzgitaar aan het jazz conservatorium in Klagenfurt, in 2000 verbleef hij enige tijd in New York waar hij les kreeg van meester gitarist John Scofield. Hij speelde met veel internationale muzikanten zoals Tom Rainey, Mark Turner, Tim Berne, Donny McCaslin e.v.a., hij componeerde meer dan 300 nummers en met dit album staat de teller van uitgebrachte albums op 39 (!). Naast Ornette Coleman was Eric Dolphy waarschijnlijk een van de grootste invloeden en een van de redenen dat Samo jazz en geïmproviseerde muziek wilde spelen. Hoewel Dolphy behoort tot de jazzgroten, is hij op een bepaalde manier nog steeds onderschat als improvisator en vooral als componist, terwijl hij toch mooie composities heeft geschreven in zijn korte carrière, aldus Samo op de cd hoes. Het idee om het oeuvre van Dolphy te herontdekken en te bewerken voor gitaar ontstond bij Samo tijdens de vele covid lockdowns. Hij werd bovendien geïnspireerd door het solo gitaar project van de muziek van Monk door Miles Okazaki. Afgezien van het bewerken en omzetten naar solo gitaar maakte Samo ook gebruik van improvisaties zijnerzijds, helemaal vrij of met het volgen van de harmonische structuur. Alles nam hij thuis op in zijn woonkamer met een microfoon, het gebeurde allemaal in één take waardoor er soms achtergrondgeluiden zijn te horen zoals het miauwen van zijn kat. En zo nam Samo 28 composities op van Dolphy die zijn te horen op deze dubbel cd, hij speelt op een 6-snarige akoestische gitaar en een 12-snarige en op een nummer mandoline. Het valt niet mee om de composities van Dolphy te herkennen in de transformatie naar gitaar, de complexiteit van de muziek en het grote verschil tussen saxofoon en gitaar speelt hier een grote rol. Als voorbeeld ter vergelijking nam ik het nummer “Out to lunch” van de beroemde gelijknamige lp uit 1964 en draaide de versie van Dolphy en Samo na elkaar en herkenning bleef uit ! Als een groot fan van de muziek van Dolphy was ik natuurlijk uitermate geïnteresseerd in dit project van Salamon en het resultaat staat als een huis hetgeen enerzijds vooral te danken is aan de kwaliteit van de muziek van Dolphy en anderzijds zorgt de fabuleuze gitaar techniek van Samo en zijn geslaagde transcripties van Dolphy’s muziek er ook voor dat er sprake is van een buitengewoon geslaagde dubbel cd. Het heeft mij altijd geërgerd dat Dolphy nooit in een adem wordt genoemd met grootheden als Coltrane, Rollins, Monk en Mingus, hij behoort daar zonder meer bij, zijn invloed op de muziek van Mingus en ook Coltrane is zonder enige twijfel van groot belang geweest. Jan van Leersum.
|